Op veel plekken in Nederland heeft de natuur het moeilijk. De provincies staan aan de lat om de achteruitgang van natuurkwaliteit en biodiversiteit tegen te gaan, in het kader van Europese verplichtingen rondom Natura 2000-beleid. Zo ook voor de Overijsselse natuurgebieden Achter de Voort, Agelerbroek en Voltherbroek (AVAV) en Lemselermaten. De provincie Overijssel, gemeente Dinkelland, Staatsbosbeheer en betrokkenen hebben via twee gebiedsprocessen plannen opgesteld voor de herinrichting van deze gebieden, waarin specifieke maatregelen zijn opgenomen (bijvoorbeeld mestbeperkingen, natuurontwikkeling of alternatieve waterlopen). Om het perspectief van bewoners en ondernemers en de verwachte impact van de natuurmaatregelen op te halen, is een kwalitatieve sociaaleconomische impactanalyse (SEIA) uitgevoerd door Het PON & Telos in beide gebieden.
Met deze SEIA voor gebiedsprocessen is tijdens gebiedsdialogen met betrokkenen (agrariërs, ondernemers, inwoners, terreinbeherende organisaties en overheden) de verwachte impact van maatregelen op de brede welvaart in het gebied opgehaald, samen met specifieke kansen en aandachtspunten. Zo biedt de impactanalyse de mogelijkheid om ervaringen in het gebied in kaart te brengen, afruilen en synergie scherp te krijgen en betrokkenheid te stimuleren. Deze plaatselijke betrokkenheid en inzichten zijn cruciaal om generieke maatregelen naar specifieke impact om te zetten en draagvlak te creëren. De methodiek nodigt uit om voorbij het individuele erf als collectief naar het gebied te kijken. De resultaten helpen de provincies om beleid en communicatie beter af te stemmen, zorgen weg te nemen en vroegtijdig bij te sturen.
Een greep uit de resultaten van de gebiedsdialogen
- Bewoners en grondeigenaren verwachten zowel positieve als negatieve effecten op (bijna) alle brede welvaartsthema’s;
- zorgen zijn het sterkst rondom wateroverlast en beperkingen voor het agrarisch verdienmodel;
- kansen voor recreatie, woonbeleving en werkzaamheden in natuurbeheer worden vaak benoemd;
- betrokkenen vragen aandacht voor de (verstoorde) relatie met overheden en onderzoeksinstellingen, en worden graag tijdig betrokken bij ontwikkelingen in hun leefomgeving;
- sommige zorgen komen voort uit bredere of autonome ontwikkelingen in hetzelfde gebieden (zoals leegstand of verdwijnen van families). Plaatselijk sentiment wordt ook bepaald door eerdere ervaringen en herinneringen: het collectieve gebiedsgeheugen speelt een rol in de gepercipieerde impact van inrichtingsmaatregelen.
Publicatie
Om de gepercipieerde impact van natuurmaatregelen in gebieden op te halen, heeft Het PON & Telos de een participatieve methode en bijbehorende handreiking ‘Samen impact vorm geven’ ontwikkeld, op basis van het gespreksprotocol vanuit WUR (2023) en een gesprekstool van de provincie Overijssel (2024), met brede welvaart als sturend denkkader.
![]() |
![]() |
| SEIA Achter de Voort, Agelerbroek & Voltherbroek | Handreiking 'Samen impact vormgeven' |

