Eind dit jaar stop ik met mijn werk bij het PON en ga ik genieten van mijn pensioen. Dat betekent niet dat ik ga luieren en rusten – ik wil me de komende tijd als privépersoon gaan inzetten voor dingen die ik leuk en nuttig vind. Wat dat precies wordt, moet ik nog uitzoeken.
Er komt voor mij dus een einde aan 35,5 jaar werken bij het PON. Ik heb geen idee hoeveel bijeenkomsten, inleidingen, presentaties, publicaties et cetera dat heeft opgeleverd, maar het zijn er heel veel. In deze blog richt ik mijn schijnwerper op een aantal projecten, waar ik met veel plezier op terugkijk.
Een belangrijke rode draad in mijn werk waren leefbaarheidsvraagstukken van (vooral) het platteland, zowel in de dorpen als in het buitengebied. In nogal wat Brabantse kernen heb ik samen met inwoners gewerkt aan toekomstvisies voor hun dorp. Aanvankelijk werden ze dorpsplannen genoemd, later werden het dorpsontwikkelingsplannen en uiteindelijk integrale dorpsontwikkelingsplannen (IDOP’s).
Daarnaast voerde ik in de Brabantse én Limburgse Peel, samen met het ministerie van VWS, beide provincies, betrokken gewesten en gemeenten, alsmede maatschappelijke- én bewonersorganisaties, verschillende regionale leefbaarheidsprojecten uit. Een voorbeeld daarvan was het door de rijksoverheid gefinancierde project Leefbaarheid in de Peel dat zes jaar liep.
Verder zorgde ik, samen met enkele enthousiaste vertegenwoordigers van lokale dorpsraden, voor de oprichting van de vereniging kleine kernen Noord-Brabant, een organisatie die inmiddels al meer dan vijftien jaar op provinciaal niveau opkomt voor de belangen van de kleine dorpen.
Ook de realisering van multifunctionele accommodaties kwam geregeld op mijn pad. Zo werkte ik, in opdracht van de gemeente Boekel, gedurende enkele jaren aan de invulling en realisatie van een compleet nieuw gemeenschapshuis in Venhorst. Ook dat gebeurde uiteraard in nauw overleg met inwoners en verenigingen. In Langenboom droeg ik, op verzoek van het gemeentebestuur van Mill en Sint Hubert, samen met de dorpsgemeenschap bij aan de verbouwing van dorpshuis De Wis.
Een aantal jaren bood ik namens het PON ondersteuning aan (de projectleider van) de ZOB, de Zelforganisatie van Bedrijfsbeëindigers in de agrarische sector. Dit oorspronkelijk Brabantse initiatief is al lang geleden uitgerold over het gehele land en is inmiddels omgedoopt tot Zorg voor Boer en Tuinder.
Op verzoek van de provincie heb ik zo’n twee jaar deel uitgemaakt van het provinciale kernteam streekplan. Mijn inbreng richtte zich vooral op het genereren van aandacht voor de sociale gevolgen van ruimtelijke keuzes die in het streekplan werden gemaakt. Met het uitbrengen van het streekplan Brabant in balans kwam aan die opdracht in 2002 een einde.
Tot slot: lange tijd was ik ook betrokken bij het PON Jaarboek, waarvan de eerste editie in 1990 verscheen. Dit jaar kreeg het een geheel nieuwe en moderne invulling in de vorm van een online magazine dat op onze website is te vinden.
Twee woorden: diversiteit en plezier
Natuurlijk, dit is maar een greep uit de vele projecten die ik onder mijn hoede heb gehad. Samen geven ze niettemin een aardig beeld van mijn werk en laten ze de diversiteit ervan goed zien.
Rest mij iedereen waarmee ik heb samengewerkt hartelijk te bedanken. Dat geldt zowel voor mijn collega’s als voor mijn externe contactpersonen. Jullie allen hebben er aan bijgedragen dat ik mijn werk bij het PON steeds met veel plezier heb gedaan. Wellicht komen we elkaar ergens nog eens tegen.