Blogs

Van Dear Future, naar de Dutch Design Week

drs. Mirjam Smulders
   
31 oktober 2017

Na een week vol voorbeelden, inspiratie, voordrachten, gesprekken en ervaringen tijdens Dear Future te hebben georganiseerd, ben ik nu te gast bij de Dutch Design Week. Doordat steeds meer designers een bijdrage leveren aan maatschappelijke uitdagingen, komt mijn persoonlijke interesse in design steeds dichter bij mijn werk in het sociale domein en met social innovation.

Dit is ook te merken aan de bijdragen van collega’s van het PON tijdens de DDW. Bijvoorbeeld als expert meedoen met DRIVE, over design van onderzoek, of bijdragen aan het Innovation Lab van de provincie Noord-Brabant.

Zelf verdiepte ik me in de inzet van social design door de overheid. De inspiraties kwamen van bestuurders van een gemeente, een waterschap en de provincie. De voorbeelden van wethouder Mary-Ann Schreurs van de gemeente Eindhoven raakten het meest mijn kennis en enthousiasme over social innovation: zij ziet social design als een manier waarop je aan de maatschappelijke opgaven gaat werken. Met alle betrokken partijen (ook bewoners!) op zoek naar nieuwe commons, ruimtes die je allen kunt gebruiken. De maatschappelijke opgaven zijn te groots en complex om met een organisatie op te lossen. Co-creatie is cruciaal. Het doorbreken van monopolies van bedrijven of technologie hoort bij de cultuur waarin het social design proces moet plaatsvinden. En transparantie over de gemaakte keuzes is een voorwaarde.

Dit proces vraagt een nieuwe houding van overheden. Daar waar aanbestedingen uitmonden in contracten die vooral risicomijdend van karakter zijn en gebaseerd op wantrouwen, vergt het social design proces experimenteerruimte en vertrouwen.

Dit proces vraagt een nieuwe houding van overheden.

Designers kunnen met hun ontwerpdenken kennis uit alpha-, beta- en gammabronnen bijeenbrengen. Door te focussen op de verbinding van partijen en hun expertise, brengen zij beweging op gang die verandering mogelijk maakt. Zij weten dat alles veranderbaar is, terwijl veel professionals uit verschillende disciplines het systeem beschouwen als onveranderbaar. Ik herken de bijbehorende kreten: ‘Dit is het wettelijk kader. Zo zijn de financieringsafspraken. Daar ga ik niet over’.

Veel werk aan de winkel dus nog voor de (overheids)organisaties. Want de aanbevelingen aan het slot van de sessie kan ik één op één onderschrijven voor social innovation processen:

  • Bestuurders van overheden: Heb lef en durf los te laten. Trap niet in de valkuil van not invented by me!
  • Designers: Ben een goede catalysator en inspirator die kan schakelen tussen de diverse belangen en perspectieven. Zorg vooral dat het concreet wordt.
  • Ambtenaren: Zorg voor continuïteit in de experimenten en processen. Blijf over de kokers binnen de organisatie heen kijken!

Op weg naar huis dacht ik aan de boodschap voor professionals 25 jaar geleden: je bent adviseur als tweede beroep. Nu vraagt de samenleving om professionals met social designer of social innovator als tweede beroep!

Vergelijkbare actualiteiten