In 2050 moeten alle woningen in Nederland, en dus ook in Brabant, verduurzaamd zijn. Dat is niet alleen technisch en economisch een flinke klus, het is ook maatschappelijk gezien een aanzienlijke opgave. En het gaat niet alleen over duurzaamheidsdoelstellingen in ecologische zin, maar ook over de wijze waarop we deze transitie in de samenleving organiseren zodat het voor iedereen mogelijk wordt om hieraan mee te doen.
Om huishoudens te kunnen betrekken bij de energietransitie, moeten we weten waarom mensen bepaalde keuzes maken, over welke capaciteiten zij beschikken en hoe en waarmee zij het beste aangesproken kunnen worden. Binnen de Brabantse provinciale pilot Energie voor Iedereen (EVI), onderdeel van Energiewerkplaats Brabant, hebben we verschillende gemeentelijke pilotprojecten gevolgd die gericht waren op het meenemen van huishoudens met een smalle beurs in de energietransitie. Dit deden we door gesprekken te voeren met betrokkenen en belangrijke stakeholders, en door het organiseren van Community of Practices (CoP’s) met de betrokken partijen.
De 6 belangrijkste lessen die we geleerd hebben
1 Alle Brabantse gemeenten hebben te maken met huishoudens met een smalle beurs en hun belemmeringen om mee te doen met de energietransitie
Voor elke Brabantse gemeente is er tot op het niveau van individuele buurten in beeld gebracht hoeveel woningeigenaren de investering in verduurzaming van de woning niet op kunnen brengen en hoeveel huishoudens te maken hebben met een relatief hoge energierekening. We deden onderzoek voor onder andere de provincie Utrecht, provincie Noord-Brabant en gemeente Delft. Meer informatie over deze projecten vind je hier.
2. Verduurzamingsaanpakken vragen om maatwerk en voldoende inzet vanuit zowel het Energiedomein als het Sociale domein
Samenwerking tussen beide domeinen is essentieel om de beoogde impact te realiseren. Dit vraagt om bestuurlijk commitment, vertaald in budget en capaciteit.
3. Communicatieve en sociale belemmeringen moeten worden weggenomen en er moet worden aangesloten op de leefwereld van huishoudens met een smalle beurs
In het gesprek met particuliere woningeigenaren en huurders, kun je het bijvoorbeeld beter hebben over de energierekening, tocht, vocht, hitte, comfort en gezondheid dan over algemene verduurzamingsdoelstellingen.
Lees alles over Energie voor Iedereen in het online EVI magazine
De geleerde lessen, belangrijke randvoorwaarden en nog openstaande uitdagingen hebben we in samenwerking met ZET en de Provincie Noord-Brabant samengevoegd in het online EVI magazine Brabant.
4. Gemeenten moeten vertrouwen creëren bij deze huishoudens
Zij kunnen dat doen door betrouwbare en begrijpelijke (gevisualiseerde) informatie te verstrekken. Voor bewoners is het van belang om deze informatie te doseren, met (de mogelijkheid tot) opvolging in de vorm van persoonlijk contact met een onafhankelijke contactpersoon.
5. Laat collectieve renovatie- en onderhoudsprocessen qua timing en fasering aansluiten bij de wensen en behoeften van bewoners
Collectieve renovatie- en onderhoudsprocessen sluiten qua timing en fasering lang niet altijd aan bij de wensen en behoeften van bewoners. Een collectieve aanpak die hiermee wel rekening houdt en de bewoners ontzorgt in het verduurzamingsproces, vergroot de kans dat huishoudens met een smalle beurs meedoen. Dat vraagt om maatwerk en voldoende inzet.
6. Maak financiële regelingen ook toegankelijk voor deze doelgroep
Het huidige pakket aan financiële regelingen die bijdragen aan de haalbaarheid en betaalbaarheid van de energietransitie voor woningeigenaren, is voor een belangrijk deel opgebouwd uit subsidies, hypotheekvormen en groene leningen. Voor woningeigenaren met een smalle beurs zijn deze nog niet of onvoldoende toegankelijk.